Vervolgd, maar niet verlaten

“En het Evangelie moet eerst gepredikt worden aan alle volken. En wanneer ze u zullen wegleiden om u over te leveren, wees dan van tevoren niet bezorgd wat u spreken moet, en bedenk het niet; maar wat u op dat moment gegeven zal worden, spreek dat, want u bent het niet die spreekt, maar de Heilige Geest.” – Markus 13: 10-11

In Marcus 13 deed Jezus een aantal profetieën. Hij voorspelde de komende vernietiging van de tempel, bedrog door valse leraren en profeten, wereldwijde rampen en ellende voor gelovigen.

Jezus vertelde de discipelen dat de geschiedenis gekenmerkt zou worden door onophoudelijke moeiten voor degenen die in Hem geloven. Dit probleem zal ongetemd en voortschrijdend escaleren voor gelovigen totdat Hij terugkeert voor Zijn volk bij de wederkomst.

Gelovigen zullen worden onderworpen aan vervolging en mogelijk zelfs aan martelaarschap. Jezus sprak onomwonden over deze realiteit. Ondanks de vervolging is het echter de roeping van een gelovige om het evangelie liefdevol met de verlorenen te delen.

De kerk, de bruid van Jezus, is geroepen om het evangelie aan alle naties te prediken en te leven in afwachting van de wederkomst van Christus.

Jezus benadrukte tijdens Zijn bediening altijd dat Zijn gewillige offer aan het kruis nodig was voor de zondaar. Het was het hoogtepunt van Zijn ultieme gehoorzaamheid aan Zijn Vader – om zondaars met God te verzoenen. Jezus heeft nooit een compromis gesloten wat betreft Zijn boodschap of Zijn bediening.

Zichzelf opofferen aan het kruis was niet gemakkelijk voor Jezus. Hoewel in alle opzichten perfect, bad Jezus in de hof van Gethsemane in angst tot God, om Hem te verlossen van de martelingen, pijn en last van Zijn komende kruisiging (Mattheüs 26: 36-46; Markus 14: 32-42; Lukas 22: 39-46). Toch ging Jezus bereidwillig verder.

Jezus zegevierde aan het kruis omdat Hij de immense martelingen en pijn onderging, zonder Zijn ogen af te wenden van de vreugde die voor Hem lag (Hebreeën 12: 2).

Als de wereld u haat, weet dat zij Mij eerder dan u gehaat heeft. Als u van de wereld zou zijn, zou de wereld het hare liefhebben, maar omdat u niet van de wereld bent, maar Ik u uit de wereld heb uitverkoren, daarom haat de wereld u. Herinner u het woord dat Ik u gezegd heb:

Een dienaar is niet meer dan zijn heer. Als zij Mij vervolgd hebben, zullen zij ook u vervolgen; als zij Mijn woord in acht genomen hebben, zullen zij ook het uwe in acht nemen. Maar al deze dingen zullen zij u aandoen omwille van Mijn Naam, omdat zij Hem niet kennen Die Mij gezonden heeft. – Johannes 15: 18-21

Voor gelovigen is het enige pad naar Gods glorie het pad dat Jezus bewandelde. Als gelovigen wandelen we in de voetsporen van Jezus terwijl we onszelf verloochenen, dagelijks Zijn kruis opnemen en Hem in gehoorzaamheid volgen (Lucas 9: 23-24; Mattheüs 16: 24-25).

Vereenzelvigd worden met Jezus betekent vervolging, lijden, haat, hoon en afwijzing, verbanning, bespotting en mogelijk dood.

Nee. Het is niet gemakkelijk.

Maar net als Jezus kijken we over de tijdelijke vervolging heen, naar de vreugde van een eeuwigheid doorgebracht in de hemel bij God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest.

Gods beloften en Zijn eeuwige beloningen zijn waar, of we ze nu duidelijk zien of niet.

Jezus is nog steeds Koning of we Zijn duidelijk zichtbare werk in ons leven opmerken of dat het verborgen en mysterieus is.

In onze gehoorzaamheid aan God zullen we met moeilijkheden te maken krijgen.

In onze dienst voor God zullen we met tegenstand te maken krijgen.

In onze trouw aan God zullen we met vervolging te maken krijgen.

Tegenspoed, haat en vervolging vormen een constante strijd die gelovigen het hoofd moeten bieden.

Maar gelovigen kunnen er zeker van zijn dat, wat er ook hier op aarde gebeurt, dit het ergste is wat er ooit zal zijn voor hen die Jezus volgen.

Wij worden in alles verdrukt, maar niet in het nauw gebracht; wij zijn in twijfel, maar niet vertwijfeld; wij worden vervolgd, maar niet verlaten; neergeworpen, maar niet te gronde gericht. Wij dragen altijd het sterven van de Heere Jezus in het lichaam mee, opdat ook het leven van Jezus in ons lichaam openbaar wordt. – 2 Korintiërs 4: 8-10

Net zoals Jezus voorbij het kruis keek naar Zijn eeuwige heerlijkheid, zo zouden wij dat ook moeten doen.

Het leven van een gelovige moet gericht zijn op onze missie voor God: het evangelie delen met de verlorenen, ongeacht de pijn en opoffering die het ons misschien kost.

Laten wij, als gelovigen, een volk van godvruchtige geloof zijn dat weigert compromissen te sluiten, niet beïnvloedbaar en standvastig in onze missie om Jezus liefdevol met de wereld te delen.

Als we aan alle kanten worden vervolgd, neergeslagen en onderdrukt, laat er dan niets anders uit ons hart en onze mond stromen, en uit onze daden blijken, dan het goede nieuws van Jezus’ dood, begrafenis en opstanding.

Vrede en genade voor jou,

Gerelateerde bijbelstudies

Ontvang meldingen van nieuwe blogs

Meest recente