Getuigen

In Handelingen 1 vind je de laatste woorden en daden van Jezus voor Zijn hemelvaart. Na Zijn opstanding had Jezus veertig dagen met Zijn discipelen doorgebracht. Ze wisten nu zeker dat Hij was opgestaan, dat Hij de Zoon van God was en de Messias. Ze zagen hoe Jezus wonderen deed en hen keer op keer uitlegde dat het nu niet Zijn tijd was om het koninkrijk te herstellen, maar dat het juist Zijn tijd was om te dienen en te sterven voor de zonden van de wereld.

Het Joodse volk verwachtte de Messias al honderden jaren en de discipelen hadden hun hele leven hoopvol uitgekeken naar Zijn komst. Velen geloofden dat Jezus de Messias was, maar ze konden moeilijk begrijpen waarom Hij het koninkrijk van Israël nog niet in ere had hersteld. Tijdens Zijn laatste dagen op aarde gaf Jezus Zijn discipelen de opdracht om in Jeruzalem te blijven. Ze vroegen Hem of dit dan het moment was waarop Hij het koninkrijk van Israël zou herstellen, of Hij nu zou doen waar ze op hadden gewacht.

En Hij zei tegen hen: Het komt u niet toe de tijden of gelegenheden te weten die de Vader in Zijn eigen macht gesteld heeft.” Handelingen 1:7

De tijd was nog niet gekomen. Jezus berispte Zijn discipelen echter niet voor het stellen van die vraag; Hij herinnerde hen er slechts aan Wie de leiding heeft. Het was nog niet het moment van herstel voor het koninkrijk van Israël, het was tijd voor iets heel anders.

“Maar u zult de kracht van de Heilige Geest ontvangen, Die over u komen zal; en u zult Mijn getuigen zijn, zowel in Jeruzalem als in heel Judea en Samaria en tot aan het uiterste van de aarde.”Handelingen 1:8

Getuigen. De tijd was gekomen dat de discipelen voor de wereld zouden getuigen wie Jezus was. De tijd was gekomen dat zij aan iedereen moesten verkondigen wat Hij had gedaan. De tijd was gekomen dat tot aan het uiterste van de aarde verlossing van zonden door Christus gepredikt moest worden.

Dit was niet wat de discipelen hadden gedacht. Het was beter. Wanneer het koninkrijk van God op dat moment was gekomen, had het evangelie nooit over de hele wereld verkondigd kunnen worden en hadden miljoenen mensen van over de hele wereld en door alle eeuwen heen nooit de reddende kracht van Christus gekend.

Dat was echter nog niet alles. Jezus zou niet langer bij hen zijn, maar Hij zou de Heilige Geest sturen om hen te bemoedigen, kracht te geven en te ondersteunen. De Heilige Geest zou de discipelen in staat stellen de boodschap van Christus met de hele wereld te delen. De verlossing was niet alleen voor de Joden, maar voor alle mensen! De discipelen waren uitgekozen en aangewezen om de belangrijkste en meest hoopvolle boodschap tot aan de uithoeken van de aarde te verkondigen.

Het Griekse woord voor getuige is martyrs. In het Grieks betekent dat “iemand die bevestigt of getuigt” en in dit geval, in Handelingen 1:8, verwijst het naar “getuigen van een goddelijke boodschap”.* Het woord ‘martelaar’ is ook afgeleid van martyrs. Deze discipelen waren door Jezus Zelf uitgekozen om Zijn goddelijke boodschap te bevestigen. Zij waren degenen die God had uitgekozen om het goede nieuws van Jezus Christus aan de hele wereld te verkondigen. Wat een geweldige opdracht!

Jezus droeg de discipelen op getuigen te zijn van het evangelie. Ze hadden geen idee wat hen te wachten stond! Ze wisten niet dat velen van hen hun leven voor het geloof zouden geven. Hoe konden ze vermoeden dat ze zouden worden vervolgd, of welke tegenstand ze zouden ondervinden, zowel in hun eigen leven als dat van de gelovigen na hen? Het enige wat ze wisten was dat deze boodschap met de wereld gedeeld moest worden, ongeacht wat het hen zou kosten. Hoe het ook ontvangen zou worden, zij zouden het goede nieuws van Jezus Christus aan de wereld verkondigen. Aan hun eigen stad (Jeruzalem), aan hun eigen land (Judea), aan de mensen die zij verachtten (Samaria) en tot aan het uiterste van de aarde.

De reactie op de boodschap van Christus weerhield de discipelen er niet van de boodschap te brengen. Zij waren Zijn getuigen.

Wanneer wij de komende weken samen het boek Handelingen overdenken, zullen we zien hoe de discipelen het evangelie op al deze plaatsen hebben gebracht, naar Jeruzalem, Judea, Samaria en de verste uithoeken van de wereld. De Heilige Geest zou over hen komen en hen kracht geven, waardoor zij onophoudelijk getuigen van Christus konden zijn.

Laten wij door meer van hen te lezen ook de vrijmoedigheid krijgen om hetzelfde te doen. Wij hebben in Christus dezelfde kracht als de discipelen. De Heilige Geest geeft ons op dezelfde manier kracht om het goede nieuws van Jezus Christus te verkondigen in onze eigen stad, ons land, de mensen die wij verachten en tot aan de uiteinden van de aarde. Laten wij vandaag en elke dag Zijn getuigen zijn!

 

* Arndt, William, Frederick W. Danker, Walter Bauer, and F. Wilbur Gingrich. A Greek-English Lexicon of the New Testament and Other Early Christian Literature. Chicago: University of Chicago Press, 2000.

Uitdaging: De eerste gemeente bestond uit een toegewijde groep gelovigen die regelmatig samenkwam en alles met elkaar deelde. Probeer deze week eens met een groep gelovigen af te spreken om de komende drie maanden regelmatig contact met elkaar te hebben. Plan dit samen en probeer op een creatieve manier van deze contactmomenten een gewoonte te maken.

Leesplan week 1:

Weekvers week 1:

Gerelateerde bijbelstudies

Ontvang meldingen van nieuwe blogs

Meest recente